6.1 Inkomen uit een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde of bepaalde tijd op basis van een werkgeversverklaring

Zoek in

waarborgfonds van het WEW (

In het kort

Er zijn verschillende inkomensbronnen. Afhankelijk van de bron zijn ook andere documenten nodig om het inkomen vast te stellen. In Norm 6 staan de voorwaarden per inkomensbron en wat als bestendig inkomen in de toetsing meegenomen kan worden.

6.1 Inkomen uit een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde of bepaalde tijd op basis van een werkgeversverklaring

  1. Het inkomen uit een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd waarbij de proeftijd is verstreken, kan met inachtneming van Norm 6.7, voor de gehele looptijd van de lening in de toetsing worden betrokken.

  1. Uitgegaan mag worden van een in het vooruitzicht gestelde inkomensverhoging, indien: 

  2. het inkomen wordt genoten uit een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd waarvan de proeftijd is verstreken; of uit een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd waarvan de proeftijd is verstreken en waarbij sprake is van een verklaring volgens Norm 6.1.4; en 

  3. deze verhoging ingaat binnen 6 maanden vanaf de datum bindend aanbod van de lening; en

  4. blijkens een verklaring van de werkgever sprake is van een onvoorwaardelijke inkomensverhoging.

  1. Uitgegaan mag worden van het inkomen uit toekomstig dienstverband, indien uit de arbeidsovereenkomst blijkt dat: 

  2. het een dienstverband betreft voor onbepaalde tijd zonder proeftijd; en

  3. het dienstverband ingaat binnen 6 maanden vanaf de datum bindend aanbod van de lening.

  1. Het inkomen uit een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd waarbij de proeftijd is verstreken, kan met inachtneming van Norm 6.7, voor de gehele looptijd van de lening in de toetsing worden betrokken indien de volgende verklaring van de werkgever wordt overgelegd:


    “Bij gelijkblijvend functioneren en ongewijzigde bedrijfsomstandigheden wordt de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd bij beëindiging daarvan opgevolgd door een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd.”

  1. Indien het inkomen uit een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd wordt verkregen waarbij de proeftijd is verstreken zonder dat sprake is van een verklaring volgens Norm 6.1.4, kan het inkomen, met inachtneming van Norm 6.7 voor de resterende duur van de looptijd van de arbeidsovereenkomst, rekenend vanaf de vermoedelijke ingangsdatum van de lening, in de toetsing worden betrokken.

  1. Het inkomen uit arbeid dient te blijken uit een werkgeversverklaring die:

  2. op de datum bindend aanbod van de desbetreffende lening niet ouder is dan 3 maanden;

  3.  is opgemaakt volgens de model-werkgeversverklaring.

  1. De geldverstrekker dient zich te vergewissen van de juistheid van de op de werkgeversverklaring vermelde gegevens aan de hand van een door de aanvrager te overleggen salarisstrook die op de datum bindend aanbod van de lening niet ouder mag zijn dan 3 maanden.

Eén (of meer) geldlening(en), waarvoor de stichting zich borg heeft gesteld, aangegaan door één of meerdere geldnemer(s) met een geldverstrekker.

De datum dat het bindend aanbod van de lening aan de aanvrager(s) is uitgebracht.

Degene met wie de stichting een standaard overeenkomst van borgtocht in de zin van artikel 7:850 BW ter zake van leningen aan geldnemers heeft gesloten.

Degene die om een verstrekking van een Nationale Hypotheek Garantie verzoekt.

Toelichting

Het toetsinkomen is het inkomen op basis waarvan kan worden vastgesteld of de aanvrager(s) een lening met NHG ook op de langere termijn kan/kunnen betalen.

NHG wil benadrukken dat de adviseur/geldverstrekker altijd verantwoordelijk blijft voor het vaststellen van een verantwoord toetsinkomen richting de aanvrager. De adviseur/geldverstrekker kent namelijk de specifieke situatie van de aanvrager en zal waar nodig het toetsinkomen daarop moeten corrigeren.

Dit geldt met name als ten tijde van advisering sprake is van een mogelijk dalend inkomen. Vanuit zijn wettelijke zorgplicht dient de adviseur zich ervan te vergewissen dat het huidige of te verwachten inkomen niet lager is dan het inkomen, zoals vermeld op de werkgeversverklaring of de uitkomst van de methodiek Inkomensbepaling Loondienst.

Het toetsinkomen is de som van looncomponenten die blijvend van aard zijn of als blijvend van aard zijn te beschouwen. Een eenmalige overwerkvergoeding is niet blijvend en ook niet als blijvend van aard te beschouwen en kan derhalve niet worden meegeteld als toetsinkomen. Er zijn verschillende soorten inkomstenbronnen. Iedere inkomstensoort heeft een eigen werkwijze om het toetsinkomen vast te stellen. Ook kan sprake zijn van verschillende benaderingen ten aanzien van een beroepssoort.

 

6.1       Inkomen uit een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde of bepaalde tijd op basis van een werkgeversverklaring

Deze Norm betreft arbeidsrelaties op basis van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde en bepaalde tijd met een verklaring voor onbepaalde tijd, waarbij het inkomen blijkt uit de werkgeversverklaring. De werkgeversverklaring dient conform de model-werkgeversverklaring te zijn uitgebracht. De loonstrook is een verplicht document wat in het dossier aanwezig moet zijn, behalve bij een toekomstig dienstverband. In dat geval dient er een getekende arbeidsovereenkomst in het dossier aanwezig te zijn.

Aard van het dienstverband

Indien sprake is van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd en men het inkomen voor de volledige looptijd van de lening wil meenemen, dient de werkgever een verklaring voor een dienstverband voor onbepaalde tijd af te geven (zie model-werkgeversverklaring). Deze verklaring mag niet worden afgegeven tijdens de proeftijd, tenzij sprake is van een ambtenaar met een publiekrechtelijke rechtspositie en een proeftijdaanstelling. De proeftijdaanstelling van een ambtenaar met publiekrechtelijke rechtspositie kan soms 2 jaar zijn. Indien nog wel sprake is van een proeftijd (behoudens een ambtenaar met publiekrechtelijke rechtspositie en een proeftijdaanstelling), kan het inkomen uitsluitend worden vastgesteld conform Norm 6.3.

Voor een lening met NHG is het niet toegestaan dat de duur van de arbeidsrelatie afhankelijk is van bijvoorbeeld het behalen van een diploma, de duur van een project of andere vergelijkbare afhankelijkheden. De voortzetting van het dienstverband dient onvoorwaardelijk te zijn, waarbij uitsluitend de gelijkheid in het functioneren of de bedrijfsomstandigheden ter discussie kunnen worden gesteld. NHG kent geen uitzondering voor specifieke doelgroepen met een toekomstperspectief die tijdens een specialisatie of opleiding een dienstverband aangeboden krijgen. In het geval van een dienstverband waarbij er fasen doorlopen moeten worden, dient er bij een intentie een arbeidsovereenkomst te worden overgelegd. Hieruit moet blijken dat de voortzetting niet afhankelijk is van een opdracht of project.

Het kan voorkomen dat iemand zowel een tijdelijk dienstverband zonder intentieverklaring (conform Norm 6.1.4) als een dienstverband voor onbepaalde tijd heeft. In dat geval dient per dienstverband het inkomen te worden bepaald wat het toetsinkomen is. Het inkomen uit het vaste dienstverband kan niet meegenomen worden bij het bepalen van tijdelijke inkomen.

Directeur / aandeelhouder: het kan zijn dat op de werkgeversverklaring van een ambtenaar het hokje wel of geen directeur/ aandeelhouder niet is aangekruist. De overheid kent geen aandeelhouders, bij een ambtenaar vormt het geen belemmering indien dit hokje niet is aangekruist.

Aangekondigde reorganisatie en eventuele impact op het inkomen: wanneer bij de werkgever voornemens bestaan om te gaan reorganiseren, moet de mogelijke impact op het inkomen van de aanvrager worden bepaald. Er zijn verschillen tussen reorganisaties en de impact daarvan op het inkomen. Daarom heeft NHG geen kaders opgesteld om te bepalen of de mogelijke impact van een reorganisatie wel of niet acceptabel is. Het is aan de adviseur/geldverstrekker om te bepalen of het toetsinkomen en de kredietverstrekking in deze situatie verantwoord is.

Verklaring voortzetting dienstverband

Vernieuwing van de arbeidsovereenkomst: bij een aflopende arbeidsovereenkomst bestaat de mogelijkheid dat het dienstverband wel wordt verlengd maar tegen versoberde arbeidsvoorwaarden. Zo kan bijvoorbeeld het aantal contracturen en/of uurloon lager worden, of worden het aantal overuren of de onregelmatigheidstoeslag verminderd. Deze aanpassingen hebben een negatief effect op het inkomen van de aanvrager en moeten worden meegenomen bij de bepaling van het toetsinkomen.

Voortzetting van de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd: een aflopende arbeidsovereenkomst kan worden opgevolgd door een nieuwe arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd. In dat geval mag het inkomen worden meegenomen voor de duur van de nieuwe arbeidsovereenkomst. Alleen als de arbeidsovereenkomst wordt voortgezet voor onbepaalde tijd mag het inkomen voor de volledige looptijd van de lening worden meegenomen.